Vlaams minister van Sport Ben Weyts heeft het 150ste label ‘Sportbedrijf’ uitgereikt aan bagger- en bouwbedrijf Jan De Nul. Het label bekroont bedrijven met een sport- en beweegbeleid. Uit nieuwe cijfers blijkt dat steeds meer werknemers willen sporten en bewegen. Zo is het aandeel werknemers dat zich op eigen kracht en actief naar het werk verplaatst gestegen van 21% voor de coronacrisis naar 29% vandaag. Bedrijven kunnen hun personeelsleden gezonder en gelukkiger maken als er mogelijkheden zijn om ook op het werk te sporten. Fitte werknemers zijn vervolgens minder gestrest en minder vaak afwezig. “We willen iedereen zoveel mogelijk kansen geven om te bewegen en te sporten”, zegt Weyts. “Vandaag krijgen bijvoorbeeld veel dertigers en veertigers hun sport niet gecombineerd met werk en gezin. Dus promoten we sport op de plaats waar ze veel tijd doorbrengen: op hun werk”.
Steeds meer werknemers willen graag sporten en bewegen. Dat blijkt uit Sport- en Beweegscans die de laatste jaren afgenomen zijn bij bijna 45.000 werknemers uit 410 bedrijven. De laatste jaren zijn er heel wat positieve evoluties. Zo steeg de intentie om meer te sporten van 74% in 2020 naar 84% in 2023. Het aandeel werknemers dat zich op eigen kracht actief verplaatst naar het werk is gestegen van 21% vlak voor de coronacrisis naar 29% vandaag. Maar liefst 71% van de werknemers zou graag actief en op eigen kracht naar het werk komen – vlak voor de coronacrisis was dit 49%. Werknemers geven aan dat ze op hun werk bij voorkeur tijdens hun middagpauze willen sporten. Bedrijven kunnen hierop inspelen door een sport- en beweegbeleid uit te bouwen en te investeren in bijvoorbeeld douches en kleedkamers. Vlaanderen stimuleert al die inspanningen met het label ‘Sportbedrijf’, dat vorig jaar gelanceerd werd.
Vlaams minister van Sport Ben Weyts heeft nu het 150ste label ‘Sportbedrijf’ uitgereikt aan baggeraar Jan De Nul in Aalst. Het bedrijf ging in op de ondersteuningsmogelijkheden van Sport Vlaanderen en bouwde een beweegbeleid uit. Zo werd er een FIT-comité opgericht dat initiatieven neemt om gezonde gewoontes te promoten. Er werd geïnvesteerd in een FIT-container die van werf naar werf kan reizen en werknemers de kans geeft om verschillende sporten te beoefenen. Werknemers kunnen ook intekenen op een breed aanbod aan groepslessen. Jan De Nul scoort dan ook uitstekend op de criteria die aangevinkt moeten worden om het label ‘Sportbedrijf’ binnen te halen. Weyts testte tijdens zijn bezoek aan de baggeraar zelf de FIT-container uit, samen met de werknemers. Zo ondervond de minister aan den lijve hoe het er in een Sportbedrijf aan toegaat.
“Sporten op de werkvloer is een win-win”, zegt Weyts. “De werknemers worden gezonder en gelukkiger. De werkgevers zien de productiviteit verbeteren: personeelsleden vallen minder snel uit en voelen zich beter binnen het bedrijf. Investeringen in sportfaciliteiten verdien je dan ook altijd dubbel en dik terug”.
Julie De Nul, CEO Jan De Nul Group: “We zijn verheugd dit label Sportbedrijf uit de handen van minister Weyts te mogen ontvangen en danken hem hartelijk voor deze bevestiging van onze inspanningen voor het welzijn van onze collega’s. Met ons welzijnsprogramma investeren we in ons grootste kapitaal: onze mensen. We hebben bij Jan De Nul een brede waaier aan functies – op kantoor, aan boord van onze schepen, op de werven – en dat vraagt dan ook om een breed aanbod aan activiteiten. Zo hebben we collega’s die samen wedstrijden lopen of zeilen. We organiseren lente- en herfstwandelingen, een familiedag en een kerstmarkt voor het goede doel. En voor het mentale welzijn van onze collega’s richten we regelmatig live en online workshops in. Zo maken we van welzijn niet alleen een prioriteit, maar creëren we ook een hechte en betrokken familie.”
(Foto: Ben Weyts)