Met de start van het nieuwe academiejaar in het vooruitzicht, geeft hogeschool Odisee een inkijk in de voorlopige inschrijvingscijfers voor 2024-2025. Vooral het hoger afstandsonderwijs doet het goed dit jaar in Aalst, zoals bij de lerarenopleidingen en de bachelor Bedrijfsmanagement, maar ook de dagopleidingen stijgen. Op maandag 23 september mag hogeschool Odisee weer heel wat nieuwe studenten verwelkomen op campus Aalst. Vooral bij de volwassenen en meer specifiek de afstandsstudenten zien we een vlucht vooruit qua inschrijvingen. “De afgelopen infodag mochten we ongeveer voor de helft volwassen studiekiezers verwelkomen en dat vertaalt zich nu ook in de inschrijvingen op onze campus”, licht campusbeheerder Karen De Leenheer toe.
Luk Schoofs, directeur Levenslang leren, is zeer tevreden over deze ontwikkeling: “De toegenomen belangstelling van 25-plussers voor onze opleidingen toont aan dat het besef van het belang van bijscholing en persoonlijke groei sterk is toegenomen. We zien een aanzienlijke instroom van mensen die hun carrière willen versterken of een nieuwe richting willen inslaan. Het is inspirerend om te zien dat zoveel volwassenen ervoor kiezen om opnieuw in hun eigen ontwikkeling te investeren.” “We zien een aanzienlijke instroom van mensen die hun carrière willen versterken of een nieuwe richting willen inslaan” – Luk Schoofs, directeur Levenslang.
Niet enkel de afstandsstudenten, maar ook het aantal dagstudenten gaat erop vooruit in Aalst. Het aantal inschrijvingen in totaal stijgt op dit moment met 12% ten opzichte van vorig jaar. De bachelors Bedrijfsmanagement en Verpleegkunde gaan sterk vooruit, en ook verschillende graduaten, zoals Sales Support en Hernieuwbare Energiesystemen, bereiden zich voor op een opening van het academiejaar met mooie studentenaantallen.
“We mogen zelfs spreken van het hoogste aantal inschrijvingen voor Verpleegkunde in de laatste vijf jaar”, vertelt een trotse studiegebieddirecteur Karen Van Wassenhove. “Het feit dat weer meer studenten kiezen voor een zorgopleiding, zien we niet alleen als een mooie evolutie voor ons als hogeschool, maar zeker ook voor het werkveld.”