Het stadsnet waarop vandaag 4 lijnen rijden, wordt herschikt tot één hoogfrequente stadslijn die om de 10 minuten rijdt in beide richtingen. Met dit aantrekkelijke aanbod verplaatst men zich zorgeloos door de stad, zonder dat men de klok in de gaten moet houden. De Lijn vult aan met een voorstadsnet. Voortaan rijdt men tijdens de daluren met een 15 minuten frequentie naar Moorsel, Herdersem, Hofstade, Nieuwerkerken, Erpe en Mere. Op het streeknet krijgen heel wat verbindingen tijdens de daluren een 30 minuten frequentie, wat een verdubbeling is ten opzichte van vandaag. Het gaat hier over verbindingen naar Dendermonde over Gijzegem, Lebbeke/Dendermonde naar Sint-Niklaas, Ninove via Denderleeuw, Burst en Haaltert. De Lijn hoopt met deze lijnen meer mensen te overtuigen om met de bus naar de stad te komen.
En als laatste zijn er de verbindingen met een dalfrequentie van 60 minuten. Hier gaat het over de verbindingen naar Berlare en Lokeren, naar Opwijk, naar Wetteren via Lede, naar Zottegem via Sint-Lievens-Houtem en Herzele, Geraardsbergen en naar Aaigem en Heldergem. Gezien het budgettaire kader waarbinnen is gewerkt werd er gericht op een sterker dalaanbod op weekdagen. Voor zaterdag is men daar ook aardig in geslaagd maar op zondag zit er weinig extra versterking in het plan. Aan alle lijnen van voorstad en streek worden functionele ritten toegevoegd in de spits. De functionele lijnen en functionele ritten die op vandaag bestaan, blijven in de toekomt gehandhaafd. Deze lijn/ritten worden jaarlijks bijgestuurd en afgestemd op het woon-schoolverkeer.
Binnen het vervoer op maat werden vier vaste verbindingen uitgewerkt. Begin juli van dit jaar zijn de lijn Zele – Mere via Overmere, Wichelen en Lede en de lijn Dendermonde station- ziekenhuis opgestart. Vanaf 6 januari komen daar ook de Zuidtangent in Aalst bij die om het uur in beide richtingen zal rijden en de shuttle Hamme centrum naar Moerzeke/Kastel, ook met een 60 minuten frequentie.
Eveneens nieuw is het flexvervoer. Een systeem dat vergeleken wordt met de belbus en inderdaad dient ter vervanging ervan maar met toch enkele fundamentele verbeterpunten voor de reiziger. Zo zal de reiziger voortaan zijn deur-tot-deurverplaatsing ingeven waarbij het systeem rekening zal houden met de volledig af te leggen reisweg en zal de reiziger kunnen kiezen of zijn vertrekuur leidend is, of het aankomstuur. Het systeem zal dus, op vraag van de reiziger een oplossing aanbieden zodat deze tijdig op zijn/haar afspraak is.
Michael Eeckhout, administratief voorzitter vervoerregio Aalst: “We merken dat gebruikers zich vragen stellen bij het ‘vervoer op maat’, dat de belbussen moet doen vergeten. Vervoer op maat (VoM) wordt een compleet verhaal: met bussen, maar ook hoppinpunten waar deelmobiliteit wacht. De volgende maanden rollen we een netwerk van elektrische deelwagens en deelfietsen uit. We hopen die oefening in 2025 af te ronden.” De reizigers worden geïnformeerd via verschillende kanalen. Digitaal zijn er naast de gebruikelijke tools zoals de routeplanner ook per gemeente een pagina waarop de wijzigingen staan. Per vervoerregio werd een papieren regiofolder opgemaakt en daarnaast ook specifieke stedelijke folders.
(Foto: Guy Coppens)