Door de corona crisis is eens te meer duidelijk geworden hoe schrijnend de situatie is omtrent armoede in de stad Aalst. Steeds meer gezinnen kunnen het hoofd niet langer boven water houden om het einde van de maand te halen. De stad, het OCMW en de erkende lokale sociale actoren werken samen om deze Aalstenaars een hand te reiken, maar ook andere organisaties dragen hier hun steentje bij. De vraag hierbij is hoeveel wegen deze stenen en kunnen deze zelf behoevende goeddoeners deze opdracht blijven volhouden zonder steun van de stad? VZW Arminaa is één van deze organisaties die reeds jaren de handen én armen hiervoor uit de mouwen steekt. Rosita Monsieur, de drijvende kracht achter Arminaa, is ondertussen een gekende Aalstenaar, zowel bij de bewoners als bij de stad. Haar werk blijft niet ongezien, daar zij de prijs gewonnen heeft voor ‘Warmste vrijwilliger’ van Oost-Vlaanderen 2017.
Rosita Monsieur: “Er is een enquête geweest die peilde naar de vraag om samenwerking tussen de sociale partners te versterken. In de praktijk is daar jammer genoeg niets van te merken. Momenteel krijgen wij doorverwijzingen van ‘mensen voor mensen’, ‘het Daenshuis’, OCMW, ‘Kind en gezin’, enz… behoevenden die omwille van de regels geen steun krijgen van de verschillende diensten.” Blijkbaar neemt de stad akte van de noden, maar schuift deze kosteloos door naar Arminaa. Dat de stad mensen doorsluist naar een niet erkende partner zonder daarvoor de rekening te willen betalen is volgens Rosita ongehoord. “Wij voorzien onze bezoekers met wekelijkse gepersonaliseerde pakketten. Daarenboven kunnen mensen bij ons sociale contacten leggen tijdens een corona-proof babbel en koffie op het terras waarbij we ook polsen naar andere noden.” Gaat Rosita verder. “De armoede in onze stad stijgt en onze werkdruk neemt exponentieel toe de laatste maanden. Ik sta open voor een betere samenwerking met de erkende actoren. We hebben hiervoor reeds meermaals een duidelijk signaal gegeven, maar krijgen er enkel het werk voor terug. Wij zijn vragende partij om hierover in gesprek te gaan met de stad.”
Er is duidelijk nood aan meer en verderstrekkende hulp en begeleiding in onze stad. Aalst vergeet je nooit? Toch niet als het goed gaat. Alle actoren die zichzelf reeds bewezen hebben, en waar de stad gebruik van maakt, dienen erkent en gesteund te worden.