Oppositiepartij Groen Geraardsbergen stelt vast dat de stad maar bouwvergunningen aflevert dat het een lieve (on)lust is. Naast de vele particuliere projecten, staan er ook een aantal “monster”-project aan te komen, à la “Wibra”, “Taalmeers”, “oud postgebouw”, “Fun”, “Vooruitzichtstraat”. Al deze grootse projecten hebben één ding gemeen, ze richten zich tot de gegoede middenklasse. Gezinnen met een laag inkomen laat men links liggen. Geraardsbergen lijdt aan “appartementisering”. Vroeger kwam alleen maar laagbouw voor, nu verrijzen bouwsels die boven alles uittorenen. De visie “hoger bouwen” wordt gebruikt als alibi om dit te rechtvaardigen. In de woonstudie die opgemaakt werd in voorbereiding van “de afbakening van het kleinstedelijk gebied” kan men evenwel lezen dat Geraardsbergen geen nood heeft aan bijkomende woningen en dat men zich beter zou richten op renovatie.
Geraardsbergen stelt zijn deuren liever open voor promotoren die enkel maar oog hebben om zoveel mogelijk woonentiteiten te voorzien. Groen Geraardsbergen heeft in het verleden altijd gepleit voor meer sociale huurwoningen. Bij alle (grote) nieuwbouw-projecten zouden er verplichte quota moeten opgelegd worden voor sociale huisvesting. Iedereen heeft recht op kwalitatief wonen. Naast het geringe aanbod van huurwoningen, komt dit recht in gedrang door de hoge kosten voor onderwijs, zorg en energie.