Minister van Onroerend Erfgoed Ben Weyts investeert 150.000 euro in de restauratie van het belfort in het Oost-Vlaamse Aalst. Het Aalsterse belfort is werelderfgoed, het schepenhuis dateert uit de 13de eeuw en is het oudste in de Nederlanden. Bovendien herbergt de toren een van de oudste nog werkende beiaarden in Vlaanderen. Na de grondige renovatie moeten meer bezoekers de weg vinden naar dit indrukwekkende gebouw aan de Aalsterse Grote Markt. “Fier op dat van hier, dat moeten we zijn. En dus zeker ook op het Aalsterse belfort,” zegt Weyts. “We gaan het in oude luister herstellen en ervoor zorgen dat meer mensen deze parel bezoeken. Monumenten zoals dit belfort helpen om het verhaal van Vlaanderen echt te begrijpen”.
Het belfort van Aalst is niet voor niets Unesco-werelderfgoed. Al sinds de 15de eeuw is dit het kloppende hart van de stad. Het schepenhuis is het oudste in zijn soort in de Nederlanden. In de toren vind je een van de oudste nog steeds werkende beiaarden in Vlaanderen. Vele verhalen van Vlaanderen komen hier samen. Hier werd eeuwenlang recht gesproken, wetten werden afgekondigd, politieke beslissingen genomen. Toch is het gebouw buiten Aalst nog niet bij iedereen bekend. Een grondige renovatie moet de toekomst van het gebouw vrijwaren én ervoor zorgen dat straks meer bezoekers de weg vinden naar deze erfgoedschat.
Vlaams minister van Onroerend Erfgoed Ben Weyts investeert nu € 150.000 in de restauratie van het Aalsterse belfort. Het gaat over een nieuwe fase in dit ambitieuze project. Eerder werden al het buitenschrijnwerk en de glas-in-loodramen hersteld en vonden er schilderwerken plaats. Nu zal men met de Vlaamse steun ook het dak en de gevel restaureren. Er wordt ook een lift geïnstalleerd om het gebouw beter toegankelijk te maken. De totale kosten worden geraamd op ongeveer € 887.000, waarvan de Stad Aalst het leeuwendeel financiert. Het is de bedoeling dat het belfort in het voorjaar van 2027 opnieuw de deuren kan opengooien en vanaf dan ook grotere groepen bezoekers kan aantrekken.
“We zijn fier op dat van hier: fier op onze voorouders en wat zij voor ons hebben opgebouwd”, zegt Weyts. “Het belfort van Aalst getuigt echt van onze lange en rijke geschiedenis. Het is nu onze opdracht om ervoor te zorgen dat dit werelderfgoed ook de volgende eeuwen doorstaat. We kijken er naar uit om het belfort te delen met veel mensen uit binnen- en buitenland”.
Aalsters schepen van Erfgoed Sarah Smeyers deelt het enthousiasme: “Historisch gezien is het belfort een teken van macht en lef, terwijl de moderne benaming “tettentoeren” ons apart gevoel voor humor onderstreept. Een facelift voor het belfort staat dus gelijk aan een opfrissing van het gezicht van de stad.” Schepen van Toerisme Caroline De Meerleer vult aan: “We zetten de deuren permanent open, zodat elke bezoeker – van cultuurliefhebber tot leerling – dit indrukwekkende erfgoed kan ontdekken.”
