Voorafgaand aan de realisatie van een crematorium op de Siesegemkouter te Aalst, diende eerst archeologisch onderzoek te gebeuren. Binnen deze opgraving vonden de archeologen sporen uit verschillende perioden terug. De oudste vondsten zijn bewerkte vuurstenen, typisch voor het vroege en midden-mesolithicum (9500-6500 voor Chr.). De meeste sporen zijn te dateren in de bronstijd (2000-800 voor Chr.). Het gaat om een plattegrond van een woonhuis en 13 kuilen rondom. In verschillende van deze kuilen zijn enkele verkoolde graankorrels teruggevonden, wat er op kan wijzen dat deze kuilen als ondergrondse opslagplaatsen zijn gebruikt.
Eén van de kuilen viel op door de grote hoeveelheid gecremeerd bot. Dit bot is afkomstig van één of meerdere runderen die hier doelbewust gecremeerd zijn. Samen met het bot zijn nog verschillende aardewerkpotten en enkele weefgewichten meegegeven. Doordat het bot gecremeerd is, kunnen we uitsluiten dat het om gewoon nederzettingsafval gaat, en moeten we dit interpreteren als een intentionele depositie of offerkuil. Dit soort rituelen geeft ons een inkijk in de leefwereld van de mensen van toen.