Natuurfotografe An Symoens, actief in het plaatselijke beheerteam van Natuurpunt, ontdekte al midden februari dat een koppel ooievaars takken begon aan te brengen op de hoge stam van een afgeknakte populier in Gijzegem. Aandachtig werden de bouwwerken door An opgevolgd en af en toe was zij getuige van een paring, wat met hun lange stelten soms klungelig verloopt. De paasklokken vlogen vroeg over Aalst, want eind maart al zat het koppel te broeden. Met de hulp van een kleine drone konden medewerkers van Natuurpunt het nest fotograferen zonder de vogels te storen. Zo werden 5 eieren geteld, die na een dikke maand broeden, rond eind april de eerste kuikens kunnen opleveren.
In Gijzegem voelen de ooievaars zich al lang goed thuis want ze worden daar al jaren door Martine Mertens dagelijks gevoederd met keukenrestjes en slachtafval. Martine kent ze allemaal want ze komen vlakbij. Ze gooit vanop haar terras in de achterliggende weide al meer dan 15 jaar lekkers naar de ooievaars. Het mannetje van die eerste oude ooievaars is geringd in 2005 in de omgeving van Planckendael bij Mechelen en het vrouwtje mankt een beetje. In 2008 begon dat koppel al eens een nest te bouwen op de schouw van de buren van Martine. Maar die vogels hebben zich uiteindelijk gevestigd aan het Donkmeer in Berlare waar ze sindsdien jaarlijks broeden aan de eendenkooi. Ze bleven wel bijna dagelijks op bezoek komen bij Martine waar ze overwinteren terwijl hun jongen naar het zuiden trekken. Al dat voedsel trok andere soortgenoten aan en ook blauwe reigers, meeuwen en buizerds die nu dagelijkse bedelaars zijn aan de veranda van Martine.
De ooievaars broeden in België vooral samen in kolonies waar ze ooit zijn uitgezet zoals in het Zwin in Knokke en het domein Planckendael. Aangezien de populatie daar stilaan stijgt, komen er de laatste jaren steeds meer solitaire koppels voor op andere geschikte plaatsen met veel open natte weides zoals in de riviervalleien van de Schelde en de Durme, en in Geraardsbergen.
Het was wachten tot 2021 voor een eerste vestiging van ooievaars in het Natuurlandschap Beneden-Dender: eerst in Mespelare waar de vorige twee jaar, eerst één en daarna vier jongen zijn grootgebracht. Nadat een winterstorm hun nest vernielde, zijn de vogels begin 2023 verhuisd naar Gijzegem. Het grote meersengebied is een ideaal leefgebied voor ooievaars. Het strekt zich uit van het noorden van Aalst, over Wieze en Denderbelle tot richting Dendermonde. Conservator Daan Stemgée was er bij vanaf het begin toen Natuurpunt 25 jaar geleden met een natuurbeschermingsproject startte. Intussen bedraagt de door vrijwilligers beheerde oppervlakte meer dan 100 hectare, dankzij de ondersteuning van onder meer de stad Aalst. Er zijn poelen gegraven en natte hooilanden in natuurbeheer genomen. En daar profiteert de ooievaar mee van als hij zijn kostje bijeen scharrelt door statig door de weiden te kuieren en insecten, wormen en muizen op te pikken. Daan stelt vast dat door de verbeterende waterkwaliteit ook steeds meer andere tot de verbeelding sprekende soorten, zoals de bever en de aalscholver terug voorkomen. Ook het aantal soorten vis op de Dender en de zijbeken bewijst een steeds hogere biodiversiteit. Van die vis profiteert ook een kolonie van intussen 35 broedkoppels blauwe reigers die zich in Mespelare vestigden. In enkele treurwilgen midden in een vijver hebben ze takkennesten gebouwd en brengen ze hun jongen groot. Het is een van de grootste kolonies in de Denderstreek.
Het ooievaarskoppel van Gijzegem is ongeveer vier 4 jaar oud. Dit kon worden afgeleid uit de vorm en kleur van bepaalde veren. De kans is groot dat het vrouwtje een nakomeling is van het ooievaarskoppel dat al enkele jaren broedt aan het Donkmeer en overwintert in Beneden-Dender. Aan de hand van de genummerde ring aan zijn poot weten we dat het mannetje in 2019 ten oosten van Utrecht is geringd als jong. Een vliegende Hollander dus die hier het mooie weer komt maken … en een lokale Vlaamse blonde schone aan de haak wist te slaan.
Als het weer gunstig blijft en de jonge ooievaartjes de eerste gevaarlijke weken overleven, zal een erkende vogelringer ze terug voorzien van een ring. Zo kunnen ze opgevolgd worden en komen we te weten waar ze zich eventueel vestigen wanneer vogelkijkers het nummer van hun ring kunnen aflezen. Natuurpunt werkt aan een project om verspreid in de Dendermeersen hoge nestpalen te plaatsen. Het zou prachtig zijn als men in de hele Dendervallei tussen Geraardsbergen en Dendermonde zou kunnen genieten van het prachtige zicht van klepperende ooievaars. Het nest in Gijzegem is gemakkelijk te zien van op de veldweg tegenover het huis in de Roland Monteynestraat nr. 24, nabij de Wiezebrug.
(Foto: An Symoens)