Drie jaar geleden startte de Aalsterse Stedelijke Bibliotheek Utopia met ‘Weesgedichten’. Het straatpoëzieproject vond als snel navolging en vandaag is het de grootste in zijn soort in Vlaanderen. 95 bibliotheken slaan onder impuls van het Aalsterse Utopia de handen in elkaar om gedichten op een laagdrempelige manier in het straatbeeld zichtbaar te maken. In alle deelnemende steden en gemeenten konden mensen de afgelopen weken een Weesgedicht adopteren. Die worden nu door handletteraars op hun raam wordt neergepend. In samenwerking met het Poëziecentrum selecteerde Utopia literair werk van 100 Nederlandstalige auteurs uit België en Nederland. Van Oostende tot Genk, van Kluisbergen tot Olen … kriskras door Vlaanderen kan je vanaf donderdag 26 januari en gedurende de hele Poëzieweek meer dan 3000 reproducties van 100 gedichten van evenveel Nederlandstalige auteurs ontdekken. Een volledig overzicht is terug te vinden op de website.
Lokale poëzieroutes brengen alle gedichten in kaart en vallen tijdens de Poëzieweek. Het concept geniet ondertussen ook concrete interesse vanuit Nederland en de organisatie sluit dan ook niet uit dat een uitbreiding richting noorderburen in 2024 tot de mogelijkheden behoort.
Aalsters Schepen van Bibliotheken Karim Van Overmeire reageert enthousiast: ‘Dit project is een laagdrempelige katalysator voor de Nederlandstalige poëzie. We zijn dan ook oprecht fier dat Aalst hier de bakermat voor vormde.’ Maud Vanhauwaert is meter van het project en volgt daarmee de betreurde Stijn De Paepe op. Zij schreef speciaal voor deze editie een raamgedicht met palindromen, waarbij deze woorden aan beide kanten van het raam leesbaar zijn. Alle informatie is terug te vinden op https://weesgedichten.be/.