In het kader van de viering van 600 jaar Mariaverering Lede maakt iedereen zich intussen klaar voor de Mariale Jubelprocessie van aanstaande zondag, er zullen niet minder dan 1.145 figuranten deel nemen. Op zondag 4 mei 2014 is het dag op dag 600 jaar geleden dat het beeld van de ‘Zoete Nood Gods’ vanuit Keulen in Lede is toegekomen als een dankbaar geschenk aan zijn geboortedorp door de naar Keulen uitgeweken Ledenaar Matthias Vande Neste. De Mariale Jubelprocessie bestaat uit acht delen die een aaneenschakeling zijn van groepen die aandacht hebben voor dit cultureel (im)materiaal religieus erfgoed dat Lede al 600 jaar koestert en wil behouden voor de toekomst. De opening van de Mariale Jubelprocessie verwelkomt de toeschouwers en genodigden met muziek, vlaggenspel en dans opgebouwd rond de “M”, logo van het jubeljaar met het beeld van de Zoete Nood Gods, de torenspits van de Sint-Martinuskerk en de centrale ingang van het gemeentehuis. Het parochiale deel heeft aandacht voor Sint-Martinus, de patroonheilige van de parochie en Sint-Maarten, de kindervriend. Het religieuze deel brengt het verhaal van de zeven weeën van Maria waarbij zij als moeder aanwezig is aan de zijde van haar Zoon, heel stil en op de achtergrond. Het actualiserende deel van deze bijbelse taferelen wordt gebracht met ‘zeven woorden’ waarbij de zeven kleuren van de regenboog met veel beweging en muziek één harmonisch geheel vormen. Het historische deel evoceert de schenking van het beeld tot de aankomst ervan in Lede. In Maria door Vlaanderen gedragen stappen 15 gastgroepen met hun Mariabeeld op: Affligem, Boom, Duffel, Grimbergen, Hasselt, Heist-aan-Zee, Kortenbos, Laarne, Lebbeke, Mesen, Nazareth, Poperinge, Tongeren, Westrozebeke, Zele. Het erfgoeddeel geeft een rijkelijk overzicht van 600 jaar Mariaverering vanaf 1414 met de rondgang van de fiertel in de bisdommen Kamerijk, de financiële vrijgevigheid van de adellijke familie de Bette, de vele schenkingen van kerkelijke gebruiksvoorwerpen, de Leedse bedevaartvaantjes, de heraldische vaandels van het jubeljaar 1864 met de afbeeldingen van de zeven weeën, de jubileumviering van 1914 met de pauselijke kroning van het beeld, om af te sluiten met de hedendaagse Mariaverering met de ommegangkapellen, de kaarskensprocessie, de autozegening en de paarden- en ruiterommegang. In het slotdeel van de Mariale Jubelprocessie wordt het beeld van Onze-Lieve-Vrouw van Zeven Weeën van Lede op de schouders van de trotse beelddragers langs de Ommegang gedragen. Het wordt voorafgegaan door de verzamelde Leedse zangkoren die met het ‘Jubelkoor’ een muzikale hulde brengen. De reliekschrijn van Sint-Bavo, patroonheilige van het bisdom Gent, wordt als een bisschoppelijke hulde eveneens in dit deel van de processie meegedragen. De Leedse koster-beiaardier sluit met feestelijke beiaardmuziek de Mariale Jubelprocessie af.
.png)
