Letterhoutemnaar Luca Van Boven hoopt te kunnen uitblinken in de Renewi Tour maar vooral in de rit te Geraardsbergen…

Luca Van Boven uit Bavegem maar woonachtig te Letterhoutem is met zijn 24lentes jong één van de drie wielerprofs die de gemeente Sint-Lievens-Houtem kent. Hiermee treedt hij in de voetsporen van gewezen en veel te vroeg overleden Belgisch kampioen Serge Baquet. Luca komt uit een echte wielerfamilie. Grootvader Willy Van Boven was als eerste die de wielermicrobe te pakken kreeg. Hij zette deze over naar zijn zoon Bart die op zijn beurt de microbe doorgaf aan zijn zoon Luca. Luca Van Boven is bezig aan zijn tweede seizoen als prof en aangesloten bij Bingoal WB, een contract dat eind dit seizoen afloopt. Nu de transferperiode in het wielrennen volop aan de gang is, ruilde Luca zijn contract bij Bingoal WB in voor een nieuw tweejarig contract bij Intermarche Wanty. Wij gingen even bij hem langs om te luisteren hoe zijn prof ervaring verloopt.

“Sedert vorig jaar 2023 mag ik mij professioneel wielrenner noemen en kreeg ik de kans op voor Bingoal WB te mogen rijden”, begint Luca Van Boven zijn verhaal. “Ik startte met weinig verwachtingen en met een bang hartje natuurlijk. Maar eigenlijk mag ik zeggen dat mijn eerste jaar wel goed is meegevallen. Ik heb mij verschillende keren in de kijker kunnen rijden. Het is niet dat we mooie of grote uitslagen hebben gereden, omdat dit moeilijk is voor een club zoals Bingoal WB. Wij zijn ook geen WorldTourploeg maar als iets kleinere ploeg hebben we toch wel de ambitie om ons een beetje in de kijker te rijden in diverse tv koersen. In kleinere koersen kunnen we dan wel weer gaan voor een paar mooie uitslagen, wat voor mij ook wel een paar keer is gelukt. Hiermee ben ik zeker tevreden over mijn eerste jaar als profrenner. Vooral tijdens de Franse koersen was ik zeker niet slecht, zoals een achtste plaats, dit was mijn eerste uitslag in een top tien. Ook in de vierdaagse van Duinkerke was ik zeker niet slecht maar behaalde net geen top tien. Wat voor mij wel een bijzondere prestatie was, was de Renewi Tour eind augustus waar ik in de rit in Geraardsbergen toch wel in het eerste peloton kon eindigden als niet WorldTour renner in meerdaagse koersen. Daar werd ik net twintigste. Dit was voor mij persoonlijk alvast een mooie opsteker. In de Druivenkoers te Overijse werd ik knap zeventiende al waren dat allemaal wat verwaarloosbare resultaten, maar goed, het waren uiteraard mooie opstekers die ik wel kon meedragen naar dit jaar”, vertelt Luca.

Luca wou kost wat kost opnieuw schitteren in zijn tweede seizoen als prof, al liep het niet van een leien dakje. “Bij de voorbereidingen naar dit seizoen heb ik
niet zo een super winter gekend. Terwijl we met de ploeg op stage waren in Spanje had ik jammer genoeg last een virale infectie en ben ik ziek geworden. Hierdoor zag ik een beetje mijn voorbereiding in het water vallen, maar al bij al kon ik er toch nog beste van maken. Toch had ik wel het gevoel dat ik een paar stappen terug stond ten opzichte van het jaar voordien. Dit was best wel lastig, maar ik ben blijven trainen, werken en mij verzorgen om er toch te kunnen staan bij de start van het wielerseizoen. De eerste koersen in Marseillaise en Ster van Bessèges heb ik wel goed kunnen verteren waar ik in dienst heb kunnen rijden van de ploeg. Daarna ben ik afgereisd naar Turkije om daar nog een aantal kilometers te kunnen afwerken. Vanaf ik terug was, kwam het goede gevoel er opnieuw. Tijdens de eerste Belgische klassieker Omloop Het Nieuwsblad ben ik nog vrij lang kunnen aanklampen ,maar pas op de Muur van Geraardsbergen moest ik het eerste peloton laten verder rijden. Een week later in de GP Vermarc kwam ik ongelukkig te val waar ik mijn heiligbeen kneusde en dat was echt wel pijnlijk. Hierdoor moest ik een paar dagen van de fiets blijven aangezien ik niet goed kon zitten, zelfs op een stoel zitten was moeilijk. Gelukkig herstelde zich dit sneller dan voorzien door gepaste en goede oefeningen. Op deze manier kon ik vlug de competitie hervatten. Zo waren mijn eerste wedstrijden in de Classic Loire Atlantique en Cholet Agglo Tour allebei net geen top tien maar het vertrouwen in het voorjaar was er. Daarna heb ik de Vlaamse klassiekers gereden die niet echt super goed waren maar waar ik ook geen slecht gevoel aan over gehouden had. Deze lijn het ik kunnen doortrekken tot de dag na de Ronde van Vlaanderen toen ik vertrok naar de Region Pays de la Loire Tour waar ik in de laatste rit een verdienstelijke zesde plaats kon rijden en 36ste eindige in het algemene klassement. Dit was meteen een mooie voorbereiding op de Brabantse Pijl waar ik mijn beste gevoel had op de fiets dit seizoen. Maar de koerssituatie besliste daar heel anders over. Tijdens de laatste passage op de Moskesstraat zat ik in een achtervolgd groepje op de vijf leiders met Quinten Hermans en Tim Willens. Een paar renners konden nog de overstap maken, ik probeerde dit ook nog maar mijn reactie kwam net iets te laat om de overstap te maken. Het was wel heel frustrerend omdat ik de benen had om een top tien te rijden in de Brabantse Pijl. Dit was heel jammer maar ik wist dat de conditie goed zat. In de Waalse Pijl kon ik een mooie top dertig rijden terwijl ik niet echt een klimmerstype ben. In Luik-Bastenaken-Luik kwam in ten val waardoor ik het wedstrijdritme niet echt meer terug vond. Ik besloot dan maar een korte rustperiode in te lassen omdat ik voelde dat de conditie nog altijd goed zat. Dit was duidelijk te merken, ik behaalde een zesde plaats in de Grond Prix du Morbihan, een 22ste plaats in Tro-Bro Léon, 12de plaats in Tour du Finistere en Boucles de l’Aulne. In de vierdaagse van Duinkerke pakte ik een vierde plaats in de rit van Arques-Cassel en werd ook knap vierde in het eindklassement. Na deze goede vorm kreeg ik een terugval wat mij ook wat parten heeft gespeeld in het Belgische Kampioenschap voor eigen volk. Na het BK heb ik opnieuw een rustpauze genomen van een week om daarna drie weken op hoogtestage te gaan in Livigno. Onlangs reed ik de Ronde van Wallonië waar ik in de eerste rit een negende plaats pakte. Ik ben blij dat ik het terug de goede benen heb en opnieuw vertrokken ben tot het einde van het seizoen, als er natuurlijk niets gebeurd”, gaat Luca verder.

Afgelopen week trok Luca naar de Artic race of Norway tegen de Noordpool. Voor hem was dit al een belevenis op zich met mooie parcours. Luca kon de ronde uitrijden maar kwam ten val in de tweede rit, met gevolg dat hij last had aan de knie. Hij had zijn hoop gezet op de laatste rit maar door zijn blessure kon hij zijn kans niet verdedigen. “Op 15 augustus staat de Tour of Leuven op het programma gevolgd door de Druivenkoers en de Renewi Tour met de afsluitende rit hier in Geraardsbergen waar ik opnieuw naar uitkijk. Ik hoop daar te kunnen schitteren voor eigen volk nu ik weet hoe het parcours is. Aangezien ik van de streek ben, weet je ook waar de gevaarlijke en kritieke punten liggen. Ik heb ook vernomen dat het parcours iets zwaarder is en dat we nog eens extra muur op moeten. Ik denk dat het klassement zal gereden worden in de tijdrit en in de rit te Geraardsbergen. Mijn ambitie is in die laatste rit een goed en mooi resultaat te kunnen neerzetten. Na deze Tour staan er nog verschillende ééndagkoersen hier in België op het programma. Ik ben tevreden over mijn progressie die ik heb kunnen maken waardoor ik al wat langer finales kan rijden. Ik hoop dit verder te kunnen blijven aanhouden voor de komende weken en zo nog sterker te worden naar volgend seizoen toe”, besluit Luca Van Boven.

(Foto: GC)

Deel dit bericht via:
Dit bericht is geplaatst in Sport. Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Current ye@r *