Op de Gemeenteraad in december werd het meerjarenplan van de stad bijgestuurd. Dat is nodig, want ook de begroting van de stad staat onder druk door de huidige economische context. Schepen van Financiën Matthias De Ridder (N-VA) licht toe: “De kosten voor de stad stijgen enorm. Toch zijn we erin geslaagd om de begroting sluitend te maken zonder de belastingen te verhogen. Dat is straf werk, maar hoogstnoodzakelijk. Op een moment dat iedereen het water aan de lippen heeft staan, mag de stad daar niet toe bijdragen door extra te gaan belasten.”
De lokale besturen – net zoals burgers en bedrijven – staan onder druk. Door diverse economische schokken (corona, energie, vele indexeringen van lonen) krijgt de stadsbegroting klap na klap. Een studie van VVSG toont aan dat de kosten van lokale besturen in 2022 en 2023 telkens met €1 miljard stijgen, terwijl de ontvangsten in 2022 slechts met 414 miljoen euro stijgen en in 2023 met 700 miljoen euro. Voor beide jaren gaapt er dus een gat van bijna 1 miljard euro. Het doet duizelen.
Specifiek voor Aalst, toont de aanpassing van het meerjarenplan het volgende beeld: – De coronacrisis zijn we dankzij een robuuste begroting, een goede opvolging van de cijfers en maatgerichte ondersteuning relatief goed doorgekomen. – Sinds de goedkeuring van het meerjarenplan, zijn er inmiddels 7 loonindexeringen geweest, waarvan 5 in 2022. De kost van een medewerker in januari 2023 zal bijgevolg 15% hoger liggen dan in januari 2020. Dat zorgt ervoor dat we in deze aanpassing 36 miljoen euro extra moeten voorzien, louter voor het bestaand personeel aan de slag te houden. Ook voor politie, brandweer, ILvA en andere actoren moeten we meer middelen uittrekken. – Door de hoge energieprijzen moeten we – ondanks diverse maatregelen om ons verbruik te reduceren – 10 miljoen euro extra voorzien.
Schepen De Ridder heeft echter goed nieuws: “Ondanks deze zware budgettaire klappen, slagen we erin om een begroting conform de decretale budgettaire evenwichten voor te leggen. Behoudens een indexering van onze tarieven, worden er geen belastingen verhoogd of nieuwe in het leven geroepen. Dat mag gerust een huzarenstukje worden genoemd. In Oostende en Brugge weten we al dat er belastingen werden verhoogd. Ook Gent heeft dat al gedaan. In Aalst doen we dat niet.”
Daarnaast wijst De Ridder ook op een aantal belangrijke wijzigingen in het meerjarenplan: “We blijven als stad onze maatschappelijke rol opnemen door extra middelen te voorzien voor het ondersteunen van maatschappelijk kwetsbaren via het OCMW, zeer belangrijk met de huidige energieprijzen. Daarnaast springen we in de bres voor de Sint-Jozefskerk; rollen we belangrijke projecten uit als Tureluren of het Plan Samenleven en zullen we ook in 2023 verder investeren in onze stad (Gendarmerie, de restauratie van de Sint-Martinuskerk, renovatie van schoolgebouwen en investeringen in stadsvernieuwing en openbaar domein).