Nooit geziene investeringen in álle vormen van vervoer. Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Ben Weyts heeft het eerste luik van een ambitieus Werkplan voorgesteld. Vanaf nu tot het eind van de regeerperiode in 2019 wordt er nog 5,8 miljard euro geïnvesteerd in de Vlaamse mobiliteit. Het leeuwendeel gaat naar werken aan de weg (2,7 miljard euro) én werken aan de waterweg (2,25 miljard euro). “De investerings-budgetten voor álle vormen van vervoer stijgen naar een historische hoogte”, zegt Weyts. “Er gaan in heel Vlaanderen heel wat schoppen in de grond”. Vlaanderen dreigt tot stilstand te komen. Er rijden steeds meer wagens op steeds minder ruimte. Het Planbureau voorspelt tegen 2030 nog een drastische toename van zowel het personenvervoer (+11%) als ook het vrachtvervoer (+44%). De gemiddelde snelheid tijdens de spits dreigt nog een kwart trager te worden (-24%). Redenen genoeg voor Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Ben Weyts om uit te pakken met een historisch investeringsbeleid. Weyts schuift een werkplan naar voor dat in de komende drie jaar maar liefst 5,8 miljard euro investeert in alle verschillende vormen van vervoer. De investeringsbudgetten voor alle vormen van vervoer stijgen naar een historisch hoog peil. “Ook al leven we in tijden van besparingen, toch investeren we meer dan ooit in Mobiliteit”, zegt Weyts. “We werken aan de weg, maar ook aan de alternatieven voor de (vracht)wagen: de waterweg, De Lijn en de fiets”.
Het investeringsbudget voor werken aan de weg stijgt met +37% naar 2,7 miljard euro (2017-2019). Er komen spitsstroken tussen Lummen en Beringen, tussen Wilsele en Aarschot en tussen Groot-Bijgaarden en Affligem. Het investeringsbeleid wordt in 2017 al heel zichtbaar langs de Vlaamse wegen. In totaal wordt er gewerkt aan 100 km autosnelweg. Er wordt geïnvesteerd in structureel onderhoud op de E40.
Er wordt ook gewerkt aan de gewestwegen. In totaal wordt er in 2017 gewerkt aan maar liefst 445 km gewestweg. Zo wordt er geïnvesteerd in een heraanleg van de doortocht in Oordegem (Lede), en een middenberm voor de Ninoofsesteenweg in Roosdaal. Minder hinder en verkeersveiligheid. “Waar een schop in de grond gaat, ontstaat een hoop aarde en een hoop hinder”, erkent Weyts. De hinder wordt zo goed mogelijk ingeschat en zo minimaal mogelijk gehouden. Er wordt maximaal ingezet op nachtwerk en werken rond de klok. Er is permanent overleg met alle betrokken diensten, binnenlandse partners zoals automobilistenverenigingen, andere gewesten én buurlanden. Voor de veiligheid van de werven wordt een mobiele flitspaal ingezet op wel 21 locaties. Nog nooit werd de mobiele flitspaal zo ruim ingezet. Een overzicht van alle werven is terug te vinden op www.wegenenverkeer.be/grotewerven.